Alleen met twee ogen zien we diepte

Wij mensen zijn verhalen-vertellende schepsels, of, zoals literatuurwetenschapper Jonathan Gottschall zegt, ‘storytelling animals’. We hebben verhalen nodig om verbanden te zien of ergens betekenis aan te geven. We vertellen met verhalen hoe de wereld volgens ons in elkaar zit. Of hoe we zelf in elkaar zitten. En hoe vaker we verhalen herhalen, hoe dieper ze in ons verankerd raken.

Verhalen kunnen ons troosten, laten verwonderen, maar ons ook boos maken op onszelf en anderen. Dat geeft al aan dat we voorzichtig moeten zijn met verhalen. Verhalen zijn niet onschuldig. Hoezeer we eigenlijk ook wel weten dat er altijd ruimte zit tussen een verhaal en de werkelijkheid, we kunnen beide gaan verwarren. En dan kunnen makkelijk ongelukken ontstaan.


Afbeelding: Berezin.livejournal.com via Wikimedia commons

Hoor en wederhoor

Hoe voorkom je dat verhalen met ons aan de haal gaan? Het kan helpen om nieuwsgierig te blijven naar andere opvattingen, tegenstemmen, alternatieve versies van een verhaal. In de journalistiek heet dat ‘hoor en wederhoor’. Maar hoe dat moet met abjecte ideeën, daar ben ik nog niet uit. Ik ben geneigd een streep te trekken bij aantoonbare onzin en mensen met verborgen agenda’s. Maar eenvoudig is dat allerminst. Ik denk wel dat het goed is om zo nu en dan onze eigen tegenspraak te organiseren. Zoals Adriaan van Dis probeert.

Van Dis zegt in een interview in het Parool dat hij ‘ontwaakt’ is, wat net iets anders klinkt dan woke: “Er is in Nederland eerder een kenniskloof dan een kloof tussen arm en rijk. Ik weet dat het lastig is, want mensen lezen liever wat ze kennen, maar probeer je ook eens te verdiepen in de tegenstem. Ik lees op mijn telefoon zowel de Engelse versie van de Israëlische krant Ha’aretz als een culturele website uit Gaza. Als ik me ergens in verdiep, wil ik gewoon altijd twee kanten horen.”

Op de vraag van de interviewer of dat niet al te naïef is zegt hij: “Zonder naïeve mensen gaan we helemaal te gronde. Ik weet het niet, lieve man, als ik zo vrij mag zijn om je zo intiem toe te spreken. Ik weet het niet.” Hij buigt zich voorover naar de recorder die voor hem op tafel ligt: “Ik weet het ook niet! Ik ben geen gutmensch. Net als andere mensen sta ik ook te schelden tegen de radio. Maar ik wil zo graag optimistisch blijven. Ik doe het voor mezelf, omdat ik niet bang wil zijn voor de toekomst.”

Afbeelding: Giovanni Tiepolo, De optocht van het Trojaanse paard in Troje (1760), via Wikimedia commons (National Gallery)

Dwaasheid

Wie zich afsluit voor andere opvattingen kan zichzelf ernstig tekort doen. Die kan zomaar in De mars der dwaasheid (The March of Folly) belanden, schreef historica Barbara Tuchman in 1984. In haar boek met die titel stelde ze de grote vraag: Hoe komt het dat door de geschiedenis heen intelligente leiders ronduit domme beslissingen hebben genomen die schadelijk waren voor zowel zichzelf als hun onderdanen? Hiermee bedoelde ze niet de besluiten die achteraf verkeerd bleken te zijn (iedereen kan nu eenmaal dat soort fouten maken). Tuchman had het over beslissingen waarvan mensen hadden kunnen weten dat het de verkeerde waren. Er waren waarschuwingen en die negeerden ze.

Neem de klassieke legende van het houten paard van Troje, schrijft Tuchman. De inwoners van de jarenlang belegerde stad Troje trapten met open ogen in de Griekse list, ondanks de waarschuwende woorden van de priester Laocoön. Die sprak de beroemde woorden: “Ik vrees de Grieken, zelfs als ze geschenken komen brengen.” Maar mensen luisterden niet, die geloofden het verhaal dat ze oorlog hadden gewonnen en haalden het houten paard binnen. Die nacht viel Troje (want er zaten, zoals bekend, Griekse soldaten verstopt in het paard).

Blinde vlekken

Columnist Amanda Ripley van de krant Washington Post schetst wat er gebeurt als we ons niet langer breed oriënteren en ons opsluiten in de bubbel van ons eigen gelijk: “Heldere lijnen neigen zich te verharden tot gevangenistralies. We nemen geen informatie meer op die niet in ons verhaal past. Elke dag worden onze blinde vlekken groter.”

(c) Marcel Marien, l’Introuvable) (1937) via Wiki Art (fair use)

Als student geschiedenis leerde ik ooit dat de realiteit ‘objectief overdadig’ is. Meerdere inzichten kunnen tegelijk waar zijn. Ik herken me daarom wel in Ripley’s advies: “Mijd het zwart-witdenken en laat je vermoeide ogen rusten op het grijs. Dat is waar alle actie plaatsvindt.”

Maar dat is niet eenvoudig. We spreken niet voor niets van ‘blinde vlekken’. We hebben ze allemaal. Ik in ieder geval. Ik denk dat het goed is om erg te hebben in andere overtuigingen dan die we al hebben. Alleen met twee ogen zien we diepte, de objectieve overdaad van de realiteit. Misschien kunnen we ons daar wel in oefenen door het eens wat vaker lezen van poëzie, die haast per definitie meerduidig is. Of de essays van Michel de Montaigne natuurlijk.

Aries van Meeteren
Voorganger Hardinxveld-Giessendam

Meer blogs …

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *