In herinnering Marijke de Bruijne
“Een duif een merel en een mus en verder weg het carillon.
Boven de daken verschijnt nu de zon, wekt tussen de huizen verborgen een tuin nog in zilveren dauw.
Dit is zo’n moment dat jij er bent, het andere dat hier wil zijn, hier is.”
Dit lied dichtte Marijke de Bruijne voor het 140-jarig jubileum van Vrijzinnigen Nederland voor de bundel met liederen voor een vrijzinnige toekomst. Zij gaf woorden aan ‘dat andere’ op haar eigen wijze. Zij was een voorvrouw van het nieuwe lied dat bij ons hier en nu hoort. Zonder de oude godsnamen toch het mysterie omschrijven daar was zij groot in. Zij was een van de initiatiefnemers van liederen voor en door vrouwen, toen alle liederen in het toenmalig liedboek nog gedomineerd werden door mannelijke mens- en godsbeelden. Heel veel vrouwen en ook mannen werden door haar bemoedigt en geinspireerd. Om de grote feestdagen van het christendom beter te begrijpen schreef zij prachtige in eigentijdse woorden voor de liturgie rond Kerst ‘Als appelbloesem in de wintertijd’ en rondom Pasen ‘Als de graankorrel sterft‘. Haar eigen bundel verscheen in 2005 Liederen voor de toekomst, met nieuwe liederen. Het oude opnieuw verwoord een grote opgave voor een dichteres, maar zij kon het. In woorden en beelden ving zij het verlangen en de troost in onze eigen taal. Een belangrijke bijdrage voor vrijzinnigen die ook steeds opzoek zijn naar nieuwe taal en nieuwe woorden. We zullen haar missen.
Marijke de Bruijne overleed op 30 maart 2020.
Wies Houweling
Donderdag 9 april 2020 wordt het gesprek met Marijke in Het Vermoeden herhaald op
NPO 2 om 23.53 uur.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!