Mode

Tot de negentiende eeuw was er vrijwel geen confectie. De welgestelden vervoegden zich bij een kleermaker of huisnaaister en kregen daar dan precies die jurk of dat pak aangemeten dat ze wilden hebben. Dit is allemaal niet meer zo. Kleding op maat is een uitzondering geworden en wie iets nieuws nodig heeft, struint de winkels of het internet af op zoek naar datgene wat hem of haar bevalt.

Aan mij is deze vooruitgang op kledinggebied niet besteed, want ik vind zelden iets waarin ik me thuis voel.

Ik heb wat de verkopers in de modewinkels met een meewarige blik een “klassieke smaak” noemen, een eufemistische term voor “hopeloos ouderwets.”

En daardoor heb ik een moeizame verstandhouding met herenmode. Ik draag graag overhemden met een button down kraag, maar die zijn er praktisch niet meer. Poloshirts met borstzakjes zijn bijna niet te krijgen, terwijl juist zo’n borstzakje heel handig is. Driedelige pakken kan ik nergens krijgen, double-breasted evenmin. Wat ze me in de winkel laten zien zijn te krappe jasjes en broeken met te smalle pijpen, waarin ik rond loop als een slecht gestopte worst.

Ook de spencer, het pullovertje van vroeger, is er bijna niet meer. Ik draag ze wel eens, maar onlangs kreeg ik op dit punt toch een gevoelige tik toen ik ergens las dat theologen in het algemeen zeer slecht gekleed gaan. Ze verschijnen volgens de auteur vaak in een a-modieus wijnrood spencertje. Terwijl ik dit schrijf realiseer ik me ineens dat ik ……een wijnrood spencertje aan heb.

Trendy en flitsend gekleed gaan zit er voor mij dus niet in. Maar op een goede dag, daarvan ben ik overtuigd, zal mijn hopeloos ouderwetse smaak weer mode zijn. Want alles herhaalt zich, een theoloog weet dat als geen ander.

Johan de Wit

Meer blogs …..

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *