Portret Malala Yousafzai

Malala Yousafzai is de jongste winnaar van de Nobelprijs voor de Vrede, samen met Kailash Satyarthi in 2014. Zij kreeg al in 2011 de eerste Pakistaanse vredesprijs, waarbij zij onder andere pleitte voor een vrouwenuniversiteit. Maar ook ontving zij de Nederlandse Kindervredesprijs.

Malala is geboren in Mingora in Pakistan. Zij is vernoemd naar de Afghaanse Malalai van Maiwind, die in 1880 troepen van haar land aanmoedigde ten strijde te trekken tegen Britse troepen. Ondanks het feit dat zij een meisje was, heeft haar vader Malala alle ruimte gegeven zich te ontwikkelen. Haar vader is een voorvechter van dwarse meningen. En Malala is vooral bekend om haar strijd voor kinderrechten en dan vooral voor meisjes. Omdat zij zich inzette voor die rechten werd ze slachtoffer van de Taliban. Met haar klasgenootjes was zij onderweg naar school toen een Taliban strijder de bus binnendrong en nadat hij vroeg wie Malala was, werd zij in haar hoofd geschoten. Naast Malala raakten nog twee meisjes gewond. Wonder boven wonder overleefde zij de aanslag en werd een internationale beroemdheid. Zij laat zich niet kisten door de Taliban die nog steeds haar wil vermoorden. Zij blijft onvermoeid strijden voor rechten van vrouwen en kinderen.

Wilt u meer over haar weten, lees haar autobiografie Ik ben Malala die zij samen schreef met Christina Lamb.

Foto: Shutterstock

Waar maken we ons druk over?

Verschillende mensen maken zich druk over hun eigen dingen. Is er nog iets gemeenschappelijks waar we ons samen druk over kunnen maken? Of zijn we daarvoor te verschillend?

‘Het is een ramp’, mijn buurvrouw van 93 belt mij soms en dan begint ze met deze woorden. In het begin schrok ik, tegenwoordig blijf ik rustig zitten. Vaak gaan haar woorden over iets dat zoek is, een huissleutel, een telefoonnummer, een bankkaart of iets anders, meestal vinden we het terug. Waar maak jij je echt druk over vroeg ik haar bij de voorbereiding van dit blog. Dat ik andere mensen niet te veel tot last ben. De oprechte zorg van veel ouderen in deze tijd. Niet tot last willen zijn, niet afhankelijk willen zijn, is nog steeds een groot goed.
Toch zijn we afhankelijk geboren en zullen we afhankelijk doodgaan. Zelfs daartussen is onafhankelijk zijn een illusie.

Jonge mensen maken zich druk over het klimaat, terecht. Het is hun toekomst. Nog nooit zijn er in mijn tijd zoveel jonge mensen actief bezig met het duurzaamheid en het milieu. Hoewel ik me ook tijden herinner waarin ik afval op 7 verschillende manieren scheidde en discussieerde over flessenmelk of melk in pakken. Blijkbaar komt deze bezorgdheid ook in golven.

Ik voel met hen mee en maak me ook nog steeds druk, maar daar zit niet de angel van mijn zorg. Ook niet in het onafhankelijk willen zijn. Waar maak ik me nu druk over? Wat zal ik als een ramp beschrijven? Als mijn huis onderstroomt, ik aangevallen word op straat, als ik ziek word is dat een ramp. Maar van de dreiging kan ik niet echt wakker liggen.

‘I am mad as hell and I am not going to take this anymore!!’ roept de reporter Howard Beale in ‘Network’ een film uit 1975. De film is beroemd om de scene waarin mensen zijn voorbeeld volgen en overal in de stad hun ramen opendoen en deze kreet uitroepen. De film gaat over hoe ons schreeuwen eigenlijk weinig veranderd en dat door het geschreeuw we vaak onze stem verliezen.

Misschien ben ik op een leeftijd dat ik me selectief druk moet maken, mijn energie sparen en op een ding inzetten. Ik denk niet dat we zijn afgestompt, maar we worden wel voortdurend beziggehouden door telefoon, social media en TV. Er is weinig tijd beschikbaar voor de meeste mensen van mijn leeftijd om zich ergens echt druk over te maken.

Als mantelzorger maak ik me het meest druk over liefde en respect voor mensen. Ik zoek het momenteel in het kleine. Ik ben er eigenlijk ook van overtuigd dat ik daar moet beginnen.
Heb je een reactie? Graag.

Wies Houweling
algemeen secretaris

 

Meer blogs …

Recensie Inge’s laatste reis

Wouter Blokhuis Inge’s laatste reis

“Je kunt niet tegen de wind inzeilen”
Een quote uit het net verschenen boek Inge’s laatste reis van onze blogger, Wouter Blokhuis.
Wouter beschrijft in zijn boek zijn onmacht bij de verzorging van zijn vrouw Inge. Zijn vrouw had alzheimer. De laatste jaren bracht zij in een verpleeghuis door en daar botste Blokhuis herhaaldelijk aan tegen het management in de zorg.

Kwetsbaar

Blokhuis, oud-huisarts, vecht tegen de, in zijn ogen bedroevende zorg, voor kwetsbare verpleeghuisbewoners. Als deskundige maar ook als verzorgende voor zijn vrouw waren de problemen ontelbaar en liep Blokhuis tegen een muur van onwelwillend management. Hij is tijdens zijn reis door Frankrijk met zijn nieuwe partner, Rachel, verbaasd over zijn eigen boosheid die naar boven komt. Ondanks het overlijden van Inge komt zijn machteloosheid telkens weer terug die hij ervoer bij het aankaarten van zijn zorgen bij beleidsmakers in het verpleeghuis. De bezuinigingen in de zorg helpen de kwaliteit ook niet.
Als voorbeeld van zijn onmacht schrijft Blokhuis hoe zijn vrouw van de zorg moet blijven bewegen (want dat is goed voor dementerenden! volgens de zorgverleners) terwijl hij zag hoe zij daaronder leed. Hij haalt het beeld van het circus aan: “Mijn rol zou in de jaren die volgden steeds meer op die van een clown gaan lijken. Onhandig toeterend op een speelgoedtrompetje, niet in staat om mensen werkelijk te vermaken. Alleen kinderen konden er nog wel eens om lachen”.

Reis

Met de camper door Frankrijk is ook een geestelijke reis voor Blokhuis. Het is een manier om het lijden van zijn vrouw en zijn onrust een plaats te geven. Mooi is te lezen dat vooral de sfeer in katholieke kerken, die zij tijdens de reis bezoeken, hem daarbij aanspreekt. Volgens hem ligt de nadruk bij de katholieken meer op het lijden van de mens dan in de protestantse kerk, waar men zich meer richt op het Bijbelse woord. Het geeft hem troost.
Het boek is eigenlijk voor iedereen die in de zorg werkt, maar ook voor mantelzorgers, een aanrader. En voor beleidsmakers in de zorg is het een inkijk voor wat cliënten en hun naasten ervaren binnen zorginstellingen.

Elsbeth Goettsch

Eenzaamheid

Gedachteloos

Sommige dingen doe je haast gedachteloos. Direct moet ik zeggen dat dat niet waar is. Eerder moet ik zeggen dat ik er met mijn gedachten niet bij ben. Iets wat ons allemaal verschillende malen per dag overkomt. Je bent op weg van A naar Beter en ontdekt tot je verrassing dat je al veel verder bent dan je dacht. Toch heb je de normale handelingen verricht die bij het autorijden horen, zonder de telefoon te hanteren. Je was met je gedachten ergens anders.

Donkere dagen

Zo deed ik wat ik elke dag wel een keer doe: ik zette de televisie aan. Niet dat ik een bijzonder programma verwachtte. Het was nog vroeg in de avond, en dan zijn bijzondere programma’s meestal afwezig. Zo ook deze avond. Zonder enige verwachting drukte ik op de afstandsbediening en het beeld vulde zich, het geluid nam bezit van de kamer. Na enkele ogenblikken drong tot me door wat er op dat moment mijn huiskamer binnen kwam. Wat ik zag en hoorde vervulde me met enige triestheid. Eenzame ouderen, door handicaps en ziekte getroffen, die een ontstellend gebrek aan dagelijks contacten in beeld brachten. En meteen realiseerde ik mij dat we weer aan de vooravond van donkere tijden staan. Eenzaamheid telt dubbel, lijkt het wel, als de etalages in de winkels Sinterklaas in herinnering brengen, waarbij sommigen dit maar direct overslaan om zwarte discussies te vermijden. Zij herinneren ons dan aan de ‘feestdagen’, die voor de middenstand slechts geslaagd zijn als er veel gegeten wordt, dure kleren worden gedragen en goede wijnen worden geschonken. Deze schrijnende schijnvreugde verergert de eenzaamheid.

Eenzaamheid?

Toch is niet alle eenzaamheid triest en ellendig. Er zijn mensen die eenzaamheid nodig hebben om zich te kunnen concentreren. En dan denk ik niet direct aan het wandelpad van de filosofen in Heidelberg, of het bankje waar Nietzsche altijd uitrustte van zijn wandelingen. Maar denk eens aan de huisarts die alleen in de spreekkamer moet beslissen wat hij zijn patiënt aanraadt. Dan is een telefoontje al een ernstige verstoring. Of de kunstenaar die de eenzaamheid opzoekt om inspiratie op te doen. Maar misschien staat hij op een tweesprong – welke kant hij zijn creativiteit op zal sturen. Hij moet zijn hoofd niet leeg maken, zoals dat vaak wordt gesuggereerd. Hij moet juist zijn ideeën om en om keren in zijn hoofd om de juiste richting te kiezen. Daarom moet je hem niet storen. Zijn zelfgezochte eenzaamheid is voor hem de zingeving in zijn leven. Hij wordt er soms vrolijk van.

Wouter B. Blokhuis

Meer blogs …

Vrijzinnig adverteren

In sommige landen is het van het ene uiterste in het andere uiterste als het gaat over religie. Dit was een aankondiging op een vliegveld in Detroit om niemand voor het hoofd te stoten en zoveel mogelijk mensen aan te trekken. Maar ‘Jesus Saves’ stond er regelmatig te lezen langs de kant van de weg. Deze maand waren mijn partner en ik in zijn geboorteland de VS op een traditionele indian summer tour. Gouden bomen en mooie plaatjes van watervallen. Het was prachtig. Het enige wat de mooie uitzichten soms verstoorde was dan een groot advertentiebord. Borden voor van alles en nog wat, voor een tandarts, voor een plaatselijk attractiepark, maar ook voor Jezus. Van alles kwam er langs over deze bijzondere man: hij is het antwoord, beslis nu, ken je hem al? Etc. Hieronder zijn wat voorbeelden te vinden. In Nederland herinner ik me alleen een boerderij in Hardinxveld waar ‘Jezus leeft’ op het dak stond.

 

 

 

 

 

 

Al rijdend bedachten wij ons, als wij als vrijzinnigen nu een bord langs de weg zouden plaatsen, als oproep, wat zouden wij als vrijzinnige nu op zo’n bord zetten?

Wat zouden wij schrijven? Al pratend kwamen wij op, in reactie op alle stelligheid die wij zagen: ‘Weet u het zeker?’, ‘Mooie geïnspireerde dag, door wie dan ook?’
Dat is wat flauw, maar weet u het beter? Graag uw reacties, wij zijn benieuwd. En wie weet zetten we er een naast de A1/A28.

Wies Houweling
algemeen secretaris

 

 

 

 

 

 

Meer blogs ..

Het bezielde landschap. Spiritualiteit in kunst

Recensie Het bezielde landschap

‘Nú zou ik willen kunnen schilderen…’ Ik denk het regelmatig op momenten dat ik onverwacht word overrompeld door een indrukwekkend landschap, een huiveringwekkende wolkenpartij of een spectaculaire skyline. Ik zou dan die ervaring willen vasthouden en met me meenemen. Maar de armzalige foto’s die mijn smartphone maakt komen zelfs niet in de buurt.

Er zijn kunstenaars die er wél in slagen om precies dat vast te leggen wat een landschap zo adembenemend maakt. Ze raken met hun kleurgebruik en compositie de ziel ervan. En dat levert fascinerende doeken op die op hun beurt weer iets van de oorspronkelijke verwondering van de maker overbrengen op de kijker. Niet alleen de landschappen zijn bezield, ook de kunstenaar.

Schrijver en theoloog Kick Bras beschrijft het allemaal met veel enthousiasme in zijn boek ‘Het bezielde landschap’. En zo weet hij mij weer te raken. Vooral als hij kunstenaars bespreekt die tot de stroming van het symbolisme behoren is hij op dreef en verrast hij met prachtige kunstwerken die hij voorziet van bijna poëtische reflecties.

De landschappen van symbolisten zijn in zekere zin pogingen om door te dringen tot de essentie áchter de werkelijkheid. Misschien vormt hun zoektocht wel een vlucht uit de rauwe werkelijkheid van de tweede helft van de 19e eeuw, waarin industrialisatie, kapitalisme en verstedelijking diep ingrijpen in het maatschappelijk leven en het positivisme de wereld onttovert.

Bron van de dromen

De kunstenaars voelen zich ontworteld en gaan op zoek naar ‘de bron van de dromen’. Hun landschappen zijn in feite poorten naar die kern die moeten aanzetten tot meditatie, contemplatie en bezinning. Gaandeweg proberen kunstenaars die essentie dichter te naderen door al het overbodige weg te laten en steeds abstracter te gaan schilderen.

Naast een kunsthistorisch overzicht, geeft Bras in zijn boek ook een bespreking van negen thema’s die raken aan het landschap, zoals bomen, planten en dieren. Bras zet zo fascinerende lijnen uit die hij vakkundig aan elkaar knoopt. De vragen van de symbolisten doen verrassend hedendaags aan. Bras hoopt dat wat zij ontdekken ons aanzet tot meer oog voor de natuur en het behoud van onze aarde.

Aries van Meeteren

Afgebeeld schilderij: Edward Munch, Studie voor de zon (1910-1913)

Time out

Stil

Het is stil in huis. Voortdurend heb ik het gevoel dat ik iets mis. En dat is ook zo. Ik mis het geluid van mijn oude Friese staartklok. Zijn rustige, maar duidelijke tik, en zijn welluidende beltonen waarmee hij zich elk kwartier hoorbaar maakte. Tientallen jaren geleden heeft hij een periode van zwijgen gekend. De dorpsklokkenmaker was niet in staat hem te repareren. Maar toen hij door erfenis bij mij in huis kwam kende ik een restaurateur. Deze heeft de klok grondig onderhanden genomen en hem in zijn oude luister hersteld. In het huis van mijn grootvader herkende ik de klok aan zijn galmende slag. De restaurateur onthulde dat de galm er later in was gebracht. Het hamertje van de urenbel was omgebogen zodat niet de originele bel werd aangeslagen maar de veer die de galm voortbracht. De restaurateur heeft een en ander weer in de originele staat teruggebracht.

Van slag

Maar nu is er toch iets mis. Ongeveer een week geleden raakte de klok spontaan van slag. Hij deed maar wat. Om drie uur sloeg hij elf keer, om twaalf uur vier keer. Een paar dagen later kon hij niet meer ophouden met slaan. Na 256 slagen kwam het gewicht op de grond en stopte het slaan. Het hele mechanisme kwam tot stilstand. Het werd stil in huis.
De klok zal rond de tweehonderd jaar oud zijn. Naar zijn tikken en slag hebben generaties geluisterd. Talloze malen hebben mensen naar de wijzerplaat gekeken om te zien hoe laat het was. Leven en dood hebben daardoor een plaats in de tijd gekregen.
‘Hoe laat is de baby geboren?’
‘Hoe laat is opa gestorven?’ de klok gaf het antwoord.

Tijd

Tijd is een merkwaardig fenomeen. Aan de ene kant beleven we tijd in grote wisselingen. Als we moeten wachten gaat de tijd langzaam. Als we genieten gaat de tijd snel. Aan de andere kant hebben klokken daar geen boodschap aan. Sterker nog, wij hechten eraan dat ze gelijk lopen. Gelijk waarmee? Met de tijd.

Klok symbool van zingeving

Soms zeggen we dat onze tijd gekomen is. Daar bedoelen we meestal niet veel goeds mee. Vaak betekent het dat we afscheid moeten nemen. Maar afscheid betekent ook terugkijken. Dan geef je jezelf een beoordeling van de doorgebrachte tijd, of het zinvol was: ‘het is mooi geweest.’
Mijn klok kan dat niet zeggen. Hij bestaat uit radertjes, gewichten, een lange ketting, een wijzerplaat. Voor mij is hij echter een symbool van zingeving, leven bij de tijd.
De restaurateur heb ik vast gebeld.

Wouter B. Blokhuis

Meer blogs ..

Hebben we vrede of doen we vrede?

Bijna 75 jaar kent Europa vrede. Het is een ongekend lange periode voor een continent dat eeuwenlang grossierde in onderlinge oorlogen.
De burgeroorlog in de jaren negentig in voormalig Joegoslavië was een korte, voor ieder onverwachte uitzondering. Na de val van de Muur waande dat vredige Europa zich even de wereld: na de ineenstorting van het Oostblok zou een verenigd Europa alle strijd voorgoed uitbannen, niet alleen op haar eigen continent, maar over de gehele planeet. Filosofen als Francis Fukuyama lieten zich meeslepen door het moment, en kondigden het ‘Einde van de Geschiedenis’ aan. En toen voerden opeens op de Balkan diverse volkeren, met elk hun eigen claim op etnische, nationale, culturele en religieuze eigenheid, een bloedige oorlog.
We hebben bijna 75 jaar vrede. Maar het Joegoslavische conflict, nog zo vers in het geheugen, laat zien dat die vrede toch iets leegs heeft. We ‘hebben’ vrede, en dat betekent: geen oorlog, geen militair geweld tussen naties.

Maar vrede betekent meer dan een toestand zonder oorlog. Vrede is ook in 2019 een immense opdracht. Vrede moeten we doen, dag in dag uit, met vallen en opstaan.
Allereerst binnen Europa, waar het nieuwe nationalisme steeds luider klinkt, waar grenzen, zowel geografische als culturele, allang niet meer ouderwets klinken en staan voor identiteit, houvast en veiligheid. Het gezegde ‘Grenzen zijn er om overschreden te worden’ heeft ook in Europa zijn beste tijd gehad, lijkt het. Populistische leiders maken daar gebruik van. En toch moeten we het niet alleen van grenzen hebben. Grenzen kunnen onze levens onleefbaar maken: ze verdelen, sluiten in en uit, en zetten de deur open voor geweld en oorlog.

Maar vrede doen geldt natuurlijk nog veel sterker voor de wereld buiten dat kleine eiland dat Europa heet. Daar was er de laatste 75 jaar altijd oorlog, dan weer hier, dan weer daar, daar heersen de bendes, de corruptie, daar vluchten mensen voor dictators of voor verdroging van de aarde. Een vredesweek, laten we eerlijk zijn, klinkt in grote delen van de hele wereld als een vorm van naïef idealisme.

Nu is er van 21 tot en met 29 september 2019 weer een nieuwe Vredesweek in Nederland. Het gekozen thema is alles behalve naïef: ‘Vrede verbindt over grenzen’. Er zit een spanning in deze woorden, want wie verbinding zoekt, heeft grenzen nodig: verbinding en verbondenheid gaan over concrete mensen die zoeken naar wat ze delen en gemeen hebben. Verbinding is nooit grenzeloos. Alleen het verstokte individualisme dat neoliberale politici ons aanpraten verkondigt nog de grenzeloosheid van een wereldmarkt waar ‘iedereen’ kansen zou hebben en waar de verbinding vanzelf tot stand zou komen. We weten wel beter.

De auteurs van de ‘verdiepingstekst’ die voor de Vredesweek 2019 werd geschreven, hebben duidelijk oog voor deze spanning. Ze laten zien dat een grens overgaan riskant is en ons in onzekerheid brengt. Dat is menselijk. Tegelijkertijd moeten we samenleven, en dat betekent: jezelf een grens stellen. De auteurs laten zien hoe vrede niets met bezit of status quo te maken heeft, maar eerder een werkwoord is: vrede doen. Maar wat doen we als we vrede doen? Misschien voorlopig niet veel meer dan onszelf een moeilijke vraag stellen: hoe kunnen we (ik citeer de verdiepingstekst) ‘samenleven in spanning en in vrede?’. Ik vind dat een goede vraag, een urgente vraag ook in onze tijd. Vrede doen is… vragen naar vrede – en denk niet te snel dat je het antwoord weet.
Vragen naar vrede: dat is vragen naar het vreemde samenspel tussen begrenzing en ontgrenzing, daar waar grenzen nu eens geen muren zijn, maar, zoals de Antilliaanse schrijver Édouard Glissant het noemde: zones van ontmoeting.

Laurens ten Kate

Meer informatie over het thema van de Vredesweek 2019 is te vinden op https://vredesweek.nl/thema-2019. Wie met het thema aan de slag wil, kan daar ook de verdiepingstekst lezen.

Strand

Overpeinzen aan het strand

Een meeuw vliegt krijsend over. Met zijn roep wordt zo te horen door zijn soortgenoten ingestemd. Een jonge meeuw komt eens kijken. Het is alsof hij de weg vraagt: ‘De haven, meneer, moet ik dan tegen de zon invliegen?’ Maar hij verstaat mij niet. Een kauwtje komt kijken of er wat te halen valt. Zei mijn moeder vaak: ‘Een vliegende kraai vangt altijd wat,’ zijn de tijden toch veranderd. Dit kauwtje gaat rustig op een paaltje zitten en kijkt wat rond. Het hele tafereel wordt begeleid door de achtergrondmuziek van de branding. Het is laag tij en daardoor lijkt de branding wat verder weg. Deze door de zon beschenen septembermorgen straalt rust uit. De hele sfeer nodigt uit tot overpeinzen.

Rust

Daarom ben ik daar ook. Voor de rust en het herinneren. De lucht is helder, het zicht optimaal. In de verte zijn wat vrachtschepen te zien. Gelukkig nog geen windmolens hoewel onzalige duurzaamheidsfanatici die als de bomen van een bos willen aanplanten. Nee, voor mij is er slechts zon, zee en de aanwezigheid van vogels.

Herinneren

Herinneren, terugdenken. Het lijkt dat de behoefte daaraan met het klimmen der jaren toeneemt. De zee heeft wat dat betreft een zekere bekoring voor mij. Zij lijkt nu rustig, maar onderhuidse stromen kunnen riskant zijn voor wie daar geen weet van heeft. Zij kan ook woest en ongenaakbaar zijn. Angst en vrees inboezemen. Even denk ik terug aan oude schilderijen waarop vissersvrouwen vanaf een duintop uitkijken over zee. Altijd maar weer die zorg of man, of zonen terugkomen van wat vroeger niet zonder gevaar was.

Stilte

Maar mijn relatie met de zee is ook persoonlijk. Sinds ik met een klein gezelschap op een mooie septembermiddag mee mocht varen om de as van mijn overleden vriend op zee te verstrooien. Dat was zo’n plechtige en tegelijk pure gebeurtenis. Ver van het dagelijks leven, slechts het kalm deinen van het schip. En na de as, het strooien van bloemen op de golven en drie stoten op de scheepshoorn. Het was stil aan boord, ieder was in gedachten verzonken. Eenmaal weer op de kade kwamen de eerste woorden over onze lippen.

Spiritualiteit van het leven

Dit keer kwam een zeilboot langs de kust gevaren. Een jacht, strak in het tuig. Een mooi gezicht, de witte romp en witte zeilen in contrast met de blauwe lucht. Het kon zomaar een geest zijn, ongrijpbaar, op weg naar het onbekende. Daarom ga ik in september naar het strand zodat ik de spiritualiteit van het leven kan beleven.

Wouter B. Blokhuis

Meer blogs … 

 

De groeten uit ….

…. over religieus toerisme en identiteit

Wie heeft de mooiste kerk gezien? De indrukwekkendste moskee of de kostbaarste synagoge?
Dat zijn dingen die je gezien moet hebben, de hoogtepunten van onze vakanties. Als Nederlanders bezoeken we wat kerken. Of het nu in Maastricht is of in Ravenna, de kerk gaan we in. Zelfs de atheïsten onder ons gaan naar binnen om de grote religieuze bouwwerken van het verleden te bekijken. Doet het eigenlijk iets met ons? Of kunnen we evengoed het plaatselijke plein of park bekijken?

Vrijzinnig

Het is vrijzinnig om van vele religies iets te bekijken of te ervaren. Zoals Karin Armstrong schrijft in haar nieuwste boek, in vele religies is veel diepe kennis aanwezig over mens zijn, het leven en religieus zijn. Daarom is het ook zo boeiend wat rond te kijken. Maar als we aan andere religies snuffelen is weten we niet wat onze traditie is en wat we zelf eigenlijk vinden van iets. Natuurlijk is er geen collectieve religieuze identiteit, de katholiek, de protestant bestaat nauwelijks meer. Maar nu weten we op religieus gebied vaak niet goed wie we zijn. We vlinderen een beetje, nemen het liefst geen beslissing en geen verplichting. We spelen een beetje de eeuwige toerist.
Als we toerist zijn in het buitenland beseffen we heel goed dat we Nederlander zijn, dat blijven we als we die kerk of moskee in stappen. Maar wie steekt er niet stiekem of openlijk een kaarsje aan, maar heeft geen flauw idee wat het eigenlijk betekent of doet? Het doet toch wel iets meer met je of iets anders dan het park of het plein? Als mensen denk je dan over andere dingen na.

Laat van u horen

Christendom is niet vanzelfsprekend meer in Nederland. Het is realiteit dat mensen met een verschillende achtergrond samen leven in dit land. Het grootste deel is post christelijk en laten we dat dan ook zeggen. Met als neveneffect dat de grote ego’s die het wel duidelijk weten en ergens iets van vinden alle aandacht krijgen. Het is tijd dat religieus toeristen hun verhaal ook duidelijk en helder vertellen. Geef aan wat je inspireert, waar je iets aan hebt in het leven.

Hoera voor religieus toerisme, maar stuur ook eens een berichtje wat je hebt gevonden of mooi vindt?