Voedselbank

Voedselbank

Van één december tot één maart runnen wij een voedselbank. Onze gasten zijn daar in die periode fel op. We zijn de hele dag open en zodra het licht wordt komen de eerste gasten. Wij verstrekken vooral calorierijk voedsel, want daar is in de winter grote behoefte aan. Als het niet vriest kunnen onze gasten gebruikmaken van een badgelegenheid. Die is echter voor sommigen toch wat aan de krappe kant. Op het terrein is ook een huurhuisje gelegen maar de belangstelling daarvoor is niet zo groot, hoewel kijkers bij slecht weer het huisje gebruiken om te schuilen. Wij rekenen daar niets voor. Opvallend is dat de gasten van de voedselbank over het algemeen goed gekleed gaan. Man en vrouw zitten meestal keurig in het pak. Steevast wordt de bank bezocht door een heel parmantig, maar wel hongerig stelletje waarvan beiden gekleed gaan met een rode broek. Vanuit onze kantoorkamer kunnen wij hen gade slaan en als wij dit stelletje zien komen dan zeggen wij hardop:

‘De spechten zijn er weer.’ Speciaal voor hen is er een pot met vogelpindakaas.

Wij begluren onze gasten door een kijker van de vogelwacht en kunnen soms onze ogen er niet vanaf houden. De natuur is veel mooier dan de plaatjes in het vogelboek.

Toch blijkt dat men in de natuur niet altijd aardig is voor elkaar. Kleine vogeltjes worden gemakkelijk weggejaagd door een grotere, en dat geldt al voor koolmezen en pimpelmezen onderling. Maar soms komt er een Vlaamse Gaai en dan is al het kleine grut op slag vertrokken. Veiligheid is in die maanden een belangrijk item want katten uit de buurt willen graag hun jachtdrift bevredigen en loeren liefst vanuit een dekking op een vogeltje dat even minder waakzaam is. Gelukkig vindt bevrediging maar zelden plaats.

Al met al een lieflijk tafereel, dat komen en gaan van het gevederde volkje. Maar je wordt er ook wel een beetje filosofisch van omdat je je onwillekeurig af gaat vragen waar ze vandaan komen, en waar ze naar toe gaan.  Vooral het wonder dat zo’n klein beestje zich zo in leven weet te houden, en het ook in al zijn celletjes dna heeft dat volgens hetzelfde systeem is opgebouwd als het onze, wat betekent dat wij mensen net als de vogeltjes een onderdeel zijn van de natuur.

Spinoza zei:  “God is Natuur en de Natuur is God”. Wij van de voedselbank zeggen:

‘Dat kan niet missen, want een zingeving van ons bestaan is het in stand houden van de natuur.’

Wouter Blokhuis

Meer blogs

Videoverslag Conferentie ICUU 2018

Dit zijn videoverslagen van het bezoek van Wies Houweling van Vrijzinnigen Nederland aan de tweejaarlijkse conferentie van de International Council of Unitarians and Universalists (ICUU) in Kathmandu in februari 2018.

Het voorjaar is minstens zo belangrijk als de aankondiging van kerkdiensten met Pasen

De aankondiging van het voorjaar is minstens zo belangrijk de aankondiging van kerkdiensten met Pasen.

Waar gaat Pasen over? Als ik alle aankondigingen in mijn Facebook Bubble bekijk, gaat het over ‘naar de kerk’ gaan. Het paasfeest gaat natuurlijk over iets veel groters dan dat wat je deelt in die kerk. Veel mensen gaan ook naar de Mattheus of kijken naar de Passion. Wat beleven we aan Pasen? Kan Pasen een eenvoudig mens blij maken? En hoe werkt dat dan? Is het het kruis, het ei of de lente?

De meeste kinderen in Nederland denken dat Pasen met het paasontbijt te maken heeft. Zo vieren ze het in de supermarkt, op school en thuis. Gezelligheid, zoetigheid en samen delen zijn prachtige onderdelen van het paasfeest. Er zou best iets meer bij verteld kunnen worden, over dood en nieuw leven of zo?

Tot mijn vijftigste heb ik alle paasfeesten in de kerk gevierd. Daarna niet meer. Ik kan tussen alle aankondigingen van kerkdiensten en concerten het gevoel niet meer terug vinden dat ik er bij had. Het ziet er zeer verzorgd uit, allemaal mooi en ernstig, maar ik mis wat. Ik vind het wel buiten, waar de lente begint.

Ik ga vrijdag naar de Mattheus, misschien vind ik iets terug van de ernst en de schoonheid, maar dat kan ook op andere momenten van het jaar. De combinatie van dood en vreugde, goede vrijdag en paasmorgen horen bij Pasen. Wat ik me ook het meeste herinner aan Paasmorgen zijn de gevoelens van opluchting en blijdschap. Veel bloemen, blije kinderen, vanwege de eieren, en vrolijke muziek.

Waarom maken we dat onderscheid zo, Pasen is niet voor niets in de lente? Vertel kinderen dan ook gewoon dat het gaat om het vieren van nieuw leven. Ze weten dat mensen dood gaan, laten we vroeg beginnen en vertellen dat het leven kostbaar is en gevierd mag worden. Met een paasontbijt en misschien ook wel in de kerk.

Wies Houweling
algemeen secretaris Vrijzinnigen Nederland

meer blogs

Vrijzinnige verwarring

Reclameblokken

Gewoonte getrouw, misschien wel tegen beter weten in, kijk ik dagelijks naar het tv-journaal. Het journaal wordt omlijst door reclameblokken en daar word ik niet vrolijk van. Vreselijke toestanden worden mij voorgeschoteld om mijn bereidheid de portemonnee te trekken te vergroten. Al voor een paar euro kun je het leed van vreselijk verwaarloosde ezeltjes, die strompelend op hun misvormde hoefjes onmenselijke lasten dragen, lenigen. Een paar minuten later kijken trieste, maar ook aandoenlijke kinderogen de huiskamer in, om aan te geven dat de nood in het betrokken gebied heel hoog is en opnieuw wordt een beroep gedaan op de medemenselijkheid van de kijker om te helpen deze nood te lenigen. En veel kijkers zullen daartoe bij het zien van die beelden, bereid zijn. Immers is het in de levensbeschouwing van velen als het ware ingebakken om in nood verkerend mens en dier te helpen.

Dan het journaal

Dan begint het journaal. Dit wordt met onverholen zakelijkheid gelezen. Natuurlijk zullen de presentatoren ook hun emoties hebben, maar die zijn niet aan de orde. In beeld verschijnen kadavers van zogeheten grote grazers. Opnieuw vreselijke beelden. ‘Maar,’ is het gelezen commentaar van de presentator, ‘bijvoeren is streng verboden, wie het toch doet kan een boete krijgen. De natuur moet zijn loop hebben, de sterkste dieren moeten overleven.’ Het gaat hier om duizenden grote grazers op een volkomen kaalgevreten vlakte. Een golf van afschuw gaat door het land. De tv-kijker raakt geheel verward, wordt boos en is vol onbegrip.

Verwarring

Niet alleen de kijker is in verwarring gebracht. Ook de verantwoordelijke beleidsmakers zijn verward. Zou een veehouder in de Alpenlanden, die in de lente zijn koeien naar een alpenweide brengt, deze daar in de winter maar laten want dan kunnen de sterkste overleven? Een alpenweide is puur natuur en ook de besneeuwde alpenweide is dat. En dat idee van de sterksten zullen overleven, doet wel heel erg sterk denken aan de misvatting ‘survival of the fittest’ die in de eerste helft van de vorige eeuw vele slachtoffers heeft gemaakt. Daarbij zou het de beleidsmakers gesierd hebben om naar soortgelijke projecten te kijken, waar de natuur begrensd is, zoals bij een eiland bijvoorbeeld, en dus aan het faunabeheer speciale eisen worden gesteld.

Of is deze verwarring het simpele gevolg van arrogantie van de macht?

Medemenselijkheid

Gelukkig is medemenselijkheid voor velen een belangrijke factor bij de zingeving van hun bestaan. In het kader van medemenselijkheid probeer je te voorkomen dat je medeschepselen creperen, ook al riskeer je een boete van een verblinde overheid. Daar bestaat geen verwarring over.

Wouter Blokhuis

Meer blogs

Stroom

Stroom
Pas las ik het boek Alles is Machine van de jonge filosoof Arjen Kleinherenbrink. Een wat merkwaardige titel voor een filosofisch boek dacht ik. Maar al lezende kwamen er toch denkbeelden op die zeer aantrekkelijk zijn. Teveel om op deze plaats uitgebreid te behandelen, maar omdat de schrijver toch een gevoelige snaar bij mij raakte, wil ik er niet zomaar aan voorbij gaan.

Betekenis
Kleinenbrink gaat er in dit boek vanuit dat alles iets van betekenis is, en met alles bedoelt hij alle voorwerpen, omstandigheden, mensen en organisaties. Alles is een entiteit. Dus mijn bureaulamp, mijn smartphone, het Groene Boekje op mijn bureau en mijn camera zijn allemaal entiteiten met een eigen kern en een buitenkant, net als mijn buurman en de plaatselijke afdeling van Vrijzinnigen Nederland. Merkwaardig is dat wij als mensen in aanraking komen met de buitenkant van een entiteit zonder direct of misschien wel helemaal nooit tot de kern door te dringen, maar niet aan de invloed ervan ontkomen.

Inhoud
Wij lezen dat de zondagsdienst van Vrijzinnigen om 10.30 uur begint maar dat is slechts de buitenkant. Dat zegt nog niets over de inhoud. Als we een medemens ontmoeten kijken we het eerst naar de buitenkant. In het proces van evolutie heeft homo sapiens geleerd om uit lijfsbehoud in een paar tellen te taxeren of het gaat om een medestander of een tegenstander, vriendelijker gezegd of de medemens ons sympathiek of antipathiek is. Of we willen of niet, dit in onze genen vastgelegde proces vindt altijd plaats. Waar wij echter de grootste moeite hebben om al met de spreuk Ken U Zelve om te gaan is het benaderen en kennisnemen van de kern van onze medemens een utopie. De vraag is of dit nu ook voor andere entiteiten geldt. Toen ik mij dit afvroeg schoot mij een van mijn eigen gedichten binnen dat ik schreef bij een foto van een rivieroever die water, wat struiken en een stuk steen laat zien. Dit wil ik u niet onthouden:

Waterkant

Al eeuwen stroomt de rivier/ Langs dezelfde weg/ Door het zelfde bed/

De mens rommelt wat/ Een dijk, een aanlegplaats/ Een brug, een pont/

Het is de rivier om het even

’s Mensen leven/ Gaat voorbij/ Er komen anderen/ Die mooier en beter weten/

Dan blijft slechts/ Wat overwoekerd steen/ De maker is reeds heen/

Alleen de rivier zal blijven

De kern van de rivier is voor mij verborgen. Maar voor mij is hij een stroom van spiritualiteit .

Wouter B. Blokhuis

 

Meer blogs

Pleidooi voor ondersteuning van de huisarts bij euthanasie

Pleidooi voor ondersteuning
Huisartsen zijn opgeleid om mensen te genezen. Huisartsen begeleiden ook mensen in hun laatste levensfase. Euthanasie is daarbij een mogelijkheid, maar het is een zware beslissing om het leven van een ander mens te beëindigen.

Verantwoordelijkheid
De verschillen tussen artsen zijn hierover zijn groot, het is een grote en verantwoordelijke taak waarin ieder zijn eigen beslissing neemt. Er zijn artsen die het verzoek inwilligen, maar er zijn ook artsen die dat principieel niet doen en vele artsen die beslissingen ertussenin nemen, waarbij de beslissing afhangt van de aanvrager en de situatie. Voor een zorgvuldig uitgevoerde euthanasie zijn de mensen afhankelijk van hun huisarts. Indien er tegengestelde belangen zijn, dus als de huisarts een euthanasie niet kan of wil uitvoeren zijn er mensen die hun toevlucht nemen tot de Levenseinde Kliniek. Dit is niet altijd een wenselijke situatie.

Meer ruimte
Het verrichten van euthanasie is een taak die voornamelijk op het bord van huisartsen ligt. En misschien komt er nog wel meer op hun bord als we het rapport van de commissie Voltooid leven, onder voorzitterschap van Prof. dr. P. Schnabel serieus nemen, die in een van haar aanbevelingen adviseerde om eerst de huisartsen meer ruimte en ondersteuning te geven om euthanasie uit te voeren.

Geestelijke verzorgers en euthanasie
Geestelijk verzorgers zijn opgeleid om mensen te begeleiden bij moeilijke perioden in hun leven. Geestelijk verzorgers zijn er vanuit vele achtergronden: humanisten, protestanten, katholieke, moslims etc. Natuurlijk zijn er een aantal waarin men bezwaar maakt tegen euthanasie, maar er zijn er ook vele m.n. vrijzinnigen en humanisten die weten dat dit voor veel mensen een onderdeel van hun leven uitmaakt en die mensen niet in de steek laten als zij besluiten voor euthanasie te kiezen.

Geestelijke verzorging is verzorging tot het einde, dat hoort bij de opleiding voor geestelijk verzorger. Velen hebben te maken met euthanasie in hun dagelijks werk, zeker zij die werken in verzorgings- en verpleeghuizen. Altijd is dan de verhouding en samenwerking met de huisarts erg belangrijk.

Rollen
Zelf heb ik als vrijzinnig predikant enkele malen een huisarts mogen ondersteunen. Onze rollen waren duidelijk, beide waren we in gesprekken nader tot de beslissing van dit mens gekomen.  Door mijn aanwezigheid werd de huisarts op een bepaalde manier ontlast. Hij kan zich voornamelijk richten op de patiënt. Ik had al met de patiënt gesproken en wist wat er ging gebeuren. Ik kon mijn aandacht richten op de naasten die aanwezig waren en hen begeleiden met een ritueel.

Expertise gebruiken
Het rapport Schnabel pleit voor bredere uitvoering van de euthanasie door de huisarts, zodat de vraag om beëindiging van het leven bij voltooid leven minder wordt. Is dat eerlijk? Leggen we niet een veel te grote klus op het bord van huisartsen? Waarom niet ondersteuning vanuit een logische kant? Mensen die er voor opgeleid zijn, ervaring in hebben en beschikbaar zijn? Is dit niet het werk wat niemand alleen moet doen? Is een samenwerkingsverband van huisarts en geestelijk verzorger of psycholoog dan niet voor de hand liggend? Het zou mooi zijn dat, als mensen zich onbegrepen voelen door hun huisarts, of de vraag voor euthanasie niet duidelijk wordt, er ondersteuning kan plaatsvinden, voor zowel de huisarts als de patiënt, waarbij een goede beslissing kan worden genomen.

Er zijn vele geestelijk verzorgers, die al betrokken zijn bij beslissingen over euthanasie. Laten we van hun ervaring en expertise gebruik maken.

Wies Houweling,
algemeen secretaris Vrijzinnigen Nederland

Meer blogs ..

 

Een heilig vrijzinnig voorwerp?

Bij ons thuis was vroeger de afwas een gezellig moment. Terwijl we wasten en droogden, hadden we fijne gesprekken. De Ikon heeft ook jarenlang een tienerprogramma gehad dat tussen ‘Eten en afwas’ heette. Ik vond het altijd een mooi programma. Een afwaskwast is voor mij een symbool van deze momenten, maar mag ik hem ook heilig noemen?

Heilig voorwerp
Vanuit het internationale vrijzinnige verband die volgende week een conferentie houdt in Nepal heeft gevraagd of iedereen een persoonlijk heilig voorwerp mee wil nemen. Dat kwam behoorlijk bij mij aan. Help, ik heb geen heilig voorwerp! Hoe kunnen ze dan nou vragen. Vrijzinnigen hebben toch geen heilige voorwerpen? Bij vrijzinnigen is alles een beetje heilig of een beetje niet.

Nieuwheilig.nu
Nu is er vorige week een prachtig magazine verschenen over het nieuwe heilig met daarbij een website www.nieuwheilig.nu met veel informatie en nog meer interessante artikelen. Ik hoopte dat dit tijdschrift mij zou helpen met het zoeken naar een nieuw heilig voorwerp. Na verschillende uitspraken waar ik absoluut geen voorwerp bij kon verzinnen stuitte ik op de uitspraak van Janneke Stegeman: “Waar maakt het zogenaamd alledaagse ons sprakeloos? Daar ontstaat ruimte voor nieuwe vormen van heiligheid.”

Afwaskwast
Zou daar een voorwerp bij te verzinnen zijn, zoals de afwaskwast? Een afwaskwast als teken van de wens dat je van schoon wassen houdt. Niet alleen figuurlijk, maar ook letterlijk. Dat je houdt van de gesprekken tijdens het afwassen en van het schoonwassen. Dat je het liefst iedereen wel zou willen schoonwassen, dat je van vuil houdt. Dat het leven nooit schoon is, maar een doorlopend karwei net zoals de afwas?

Wat is u heilig?
Het is iets anders dan het heilige moment van de voetwassing, maar het past meer bij mij. Ik heb wel grote aarzeling om een afwaskwast heilige te noemen. Ik kan alleen niets anders verzinnen, heeft iemand een beter idee?

Wies Houweling
algemeen secretaris Vrijzinnigen Nederland

Meer blogs

 

 

Heilig is iets anders dan goddelijk

Een ongelofelijke verbazing… Als ik aan het heilige denk, dan is dat iets heel menselijks: je staat met je mond vol tanden. Maar het woord ‘heilig’ wordt doorgaans gebruikt als verwijzing naar het goddelijke: naar een andere, hogere, betere wereld, die het schamele bestaan kan verrijken. Het heilige geeft houvast, het staat voor een waarheid die al onze onzekerheden overstijgt, die onwrikbaar is:

‘Dat is voor mij heilig’, zeggen we dan
Het heilige is echter iets anders dan het goddelijke. Het breekt in, verwart en beangstigt, en fascineert tegelijkertijd. Zo heeft Rudolph Otto het een eeuw geleden al gezegd in zijn boek Das Heilige. Sacraal, dat andere woord voor heilig, betekent eigenlijk ‘insnijden’, ‘kerven’. Het komt van het Latijn secere, snijden. Het heilige schokt en doet pijn. Georges Bataille schreef er in 1953 een prachtige tekst over, ‘Het heilige in de twintigste eeuw’. Hij gaat zover het heilige een vorm van geweld te noemen, en dat geweld hoeft helemaal geen letterlijk, lichamelijk geweld te zijn. Het zit, zegt hij, in onze verbeelding, onze dromen, in onze poëzie. ‘Wat de ervaring van het heilige voortstuwt, is de ontzetting. Maar juist dan worden we gegrepen door een soort roes, geestdrift of triomf: iets waarvan het geweld van de poëzie een idee kan geven.’

Dat klinkt behoorlijk heidens, zo’n visie op het heilige. Maar dat is niet zo. We bevinden ons in het hart van de religieuze tradities van onze cultuur. Het christendom zit er vol mee. Dat laat Navid Kermani zien in zijn boek uit 2015: als ik de Duitse titel vertaal, luidt die Ongelofelijke verbazing – over het christendom. In korte hoofdstukjes neemt hij steeds een thema en een beeld als uitgangspunt. De ‘Kruisdraging’ van Botticelli bijvoorbeeld, of Dürers ‘Job op de mestvaalt’. Hij kijkt als moslim naar heel die rijke, rare wereld van het heilige die het christendom heeft voortgebracht. En hij verbaast zich, is van slag, wordt in verlegenheid gebracht, voelt zich aangetrokken, is vol ongeloof. Liefdevernederingkruisdoodofferspellust en uittocht zijn enkele van de woorden die Kermani gebruikt als titels voor zijn hoofdstukjes.

Hij presenteert ons een christendom waarin het heilige centraal staat, niet het goddelijke.

Toch een beetje heil in het heilloze
Daarom is het jammer dat de Nederlandse uitgever die veelzeggende titel veranderde in Goddelijke kunst. Dan ben je alle spanning kwijt. En met de ondertitel verdween ook het christendom. Natuurlijk, wie zit er nu te wachten op dat christendom? Dat is niet meer van deze tijd.

Dat Kermani’s onderzoek naar het heilige juist midden in deze tijd staat, blijkt wel uit het vervolg. Een jaar later komt hij met een boek over vluchtelingen. Hij reist met ze mee, in bussen, vrachtwagens, langs snelwegen door de Balkan, en rapporteert zijn ervaringen. Einbruch der Wirklichkeit noemt hij zijn boek. Mooi gevonden, want in het Duits betekent Einbruch inbreken, maar ook ineenstorten. Ik lees Kermani’s boek over de vluchtelingencrisis als een direct vervolg op zijn boek over het heilige. In beide boeken spat de verbazing, ja de ontzetting van elke bladzijde. En dan wordt het heilige opeens heel concreet:
de vluchteling is de heilige indringer die de Europese werkelijkheid verstoort, verandert.

Ik ervaar Kermani’s boek als een heilige plek waarin je ronddwaalt. Vroeger kon je naar de kathedraal, nu hebben we boeken die de functie van de heilige plaats overnemen. Het werk van Rutger Kopland is voor velen eigenlijk ook zo’n plaats: een wonderlijke wereld waaruit je maar niet wegkomt. Misschien had Bataille gelijk door juist de poëzie te noemen als het over ‘nieuwheilig’ gaat, over het heilige in onze eeuw. De plaats die Kermani inruimt voor het heilige maakt me sprakeloos, vervult me soms met afschuw, maar ontroert en troost me ook. Misschien is dat helemaal geen tegenstelling, en betekent inspiratie altijd dat iets of iemand op je inbreekt. Toch een beetje heil in het heilloze.

Laurens ten Kate

Meer blogs

Omgang in vrijzinnig perspectief

Een jongeman koos als studierichting na het vmbo die van onderwijsassistent. Dat is een mbo niveau 4 opleiding. In die opleiding wordt veel aandacht aan de praktijk geschonken, wat betekent veel stagelopen. Er is groot gebrek aan leerkrachten dus als een stagiaire het goed doet wordt hij al gauw alleen met een klas gelaten. In de lagere groepen heeft de jongeman een limiet gesteld aan de tijd dat hij alleen is met een klas. Vooral jongere kinderen, zegt hij, vliegen soms spontaan in je armen en ik wordt door sommige ouders toch al met de nodige achterdocht bekeken: Wat doet hij hier?

In deze tijd is de omgang met de medemens een probleem aan het worden. Bij een spontane beweging moet je al oppassen, zeker als je niet tot de onderste sporten van de maatschappelijke ladder behoort. Voor je het weet wordt een beweging onder het vergrootglas gelegd. Natuurlijk zijn grensoverschrijdende handelingen die plaatsvinden in het kader van machtsmisbruik uit den boze. Maar de vraag is wanneer en hoe maak je daar een eind aan. Nog goed herinner ik mij een, wat toen nog onderwijzeres heette, op een christelijke lagere school. Een geschiedenis van enige decennia geleden. In het schoolgebouw was een trap. De hoofdonderwijzer speelde het klaar om een gesprek te beginnen met de onderwijzeres als hij onderaan de trap stond en zij, natuurlijk in een rok of jurk gekleed, bovenaan. Toen dat een paar keer was voorgevallen is zij van school veranderd.

Wat neem ik hiervan mee? Grensoverschrijdend gedrag is niet nieuw. Het is vernederend voor wie er mee te maken heeft. Als het voortkomt uit machtsmisbruik en als chantagemiddel wordt gebruikt is het ziekelijk. Ziekelijk is ook grensoverschrijdend gedrag naar kinderen maar niet elke grootvader die zijn kleindochter even op schoot neemt is daar mee bezig. Dat betekent dat je voorzichtig moet zijn met het etiketteren van gedrag. En dat geldt denk ik ook naar de omgang van volwassenen onderling toe. En zeker geldt dat ten aanzien van het in de openbaarheid brengen van gedrag dat als grensoverschrijdend wordt herinnerd.

De huidige trend in de media wat betreft de omgang met elkaar mag niet leiden tot het nalaten van het aanraken van de ander. De Bijbelse geschiedenis leert ons hoe zinvol een aanraking kan zijn. Het is de zingeving van het contact te weten dat een ander mens naast je staat.

Wouter Blokhuis

 

Meer blogs

De Kip Of Het Ei Van De Eenzaamheid

In een tweetal projecten waar ik momenteel bij betrokken ben speelt eenzaamheid een rol. Het is een boeiend en actueel onderwerp dat regelmatig een prominente plaats krijgt in kranten en tijdschriften. Soms betreft het overledenen die door niemand worden gemist. Soms betreft het ouderen die in een tehuis wonen en waar vrijwel niet naar wordt omgekeken of mensen die in een isolement zijn geraakt door taalproblemen. Het zijn mensen die door hun omgeving uit het oog zijn verloren.

Een van onze buurtgenoten is mevrouw R., een actieve dame van midden tachtig die regelmatig de fiets pakt om boodschappen te doen in het winkelcentrum. Ze krijgt bijna dagelijks bezoek van haar kinderen, kleinkinderen, neefjes en nichtjes en laat zich per taxi naar iedere verjaardag brengen. Ze praat graag en veel met voorbijgangers en heeft zo te zien een druk sociaal leven. Toch vertelt ze in ieder gesprek tenminste één keer hoe eenzaam ze zich voelt als ze alleen is in haar huisje. Haar contacten en de aandacht die ze krijgt bieden onvoldoende tegenwicht tegen haar gevoel van eenzaamheid. Terwijl zij absoluut niet ongezien en ongehoord door het leven gaat.

In 1974 verscheen de bestseller ‘Zen en de kunst van het motoronderhoud’ van Robert Pirsig. In het boek maakt een vader, die door een elektroshock behandeling zijn geheugen is kwijtgeraakt, samen met zijn zoon een tocht door Amerika op een motor. Het boek gaat over het onderscheid tussen oppervlakkigheid tegenover de onderliggende werkelijkheid. Het doorbreken van deze oppervlakkigheid noemt Pirsig ‘Kwaliteit’.

Kwaliteit is een belangrijk begrip dat in mijn vakgebied. Het is het verschil tussen falen en succes, tussen gelezen worden of na de eerste regel in de papierbak te belanden. Tussen mensen enthousiast maken en blijven boeien of ze op een kwalijke manier vervelen met saaie woorden en zinnen waar geen eind aan schijnt te komen.

Misschien is ons gevoel van eenzaamheid wel het gevolg van een tekort aan sociale kwaliteit.

Hans Zwiers

Meer blogs